14 oktober 1880 Dood van Apache Chief Victorio

 De 10° cavalerie (Buffalo Soldiers *) speelde een belangrijke rol in de 1879-80 campagne tegen Chief Victorio en zijn band van Apaches.

Victorio en zijn Apaches waren er in geslaagd uit hun New Mexico (VS) reservaat te ontsnappen en vluchtten zuidwestwaards, richting Mexico.

Kolonel Grierson en de 10° vreesden dat hij terug zou keren naar New Mexico en dat zou beslist een probleem kunnen worden als hij erin zou lukken de Apaches, die nog in de reservaten zaten te organiseren. Dat moest kost wat kost belet worden.

 

Grierson realiseerde zich al vlug dat Victorio water nodig had om in die barre streek te kunnen overleven. Daarom besloot hij alle waterputten langs de route te laten bewaken om op die manier Victorio te onderscheppen.

Teneinde deze operatie te doen lukken zette hij zes afdelingen van het 10° in om de putten langs de vluchtroute te bewaken.

Ontmoetingen met indianen mondden steeds uit in schermutselingen.

Maar twee hevige gevechten bij Tinaja de las Palmas (een waterput ten zuiden van Sierra Blanca) en bij Rattlesnake Springs (ten noorden van Van Horn) waren teveel voor Victorio en hij werd verplicht om met zijn mannen over de grens naar Mexico te trekken.

Alhoewel hij niet gevangen genomen werd, werden zijn plannen om terug te keren naar New Mexico toch verijdeld.

De veelvuldige en fanatieke aanvallen van het 10° hadden de Apaches helemaal uitgeput.

Zodra zij, op 14 oktober 1880 de grens van Mexico overstaken werden Victorio en de meeste van zijn krijgers gedood door het Mexicaanse leger.

 

Over de Buffalo Soldiers – 10° cavalerie

1866 Fort Leavenworth, Kansas

 

De 10° cavalerie werd na de burgeroorlog door kolonel Benjamin Grierson opgericht.

Het leven in Leavenworth was voor de 10°, dat uitsluitend uit Afro-Amerikanen bestond,niet bepaald prettig te noemen.

De fortcommandant die openlijk en fanatiek tegen “nikkers” was deed er alles aan om hen het leven onmogelijk te maken.

Grierson deed al het mogelijke om zijn regiment te doen overplaatsen en tegen het einde van de zomer kreeg hij toelating om zijn regiment over te brengen naar Fort Riley, Kansas.

 

In de volgende acht jaren werd het 10° in verschillende forten doorheen Kansas en Indian Territory (nu Okla) gestationeerd.

Het regiment bewaakte de arbeiders aan de Kansas en Pacific spoorweg, zij legden mijlen lange telegraaflijnen aan en hebben en het meeste bijgedragen tot de bouw van Fort Sill.

 

Tijdens deze periode stuurden zij voortdurend patrouilles naar de reservaten om indiaanse overvallen te voorkomen.

In 1867 en 68 namen zij deel aan de wintercampagnes van Gen. Sherman tegen de Cheyennes, Arapaho’s en Commaches.

Eenheden van de 10° hebben de Cheyennes kunnen beletten om naar het noordwesten te vluchten en daardoor kon Custer en zijn 7° Cavalerie hen verslagen tijdens de slag van Fort Cobb, Indian Territory.

Het harde leven in het leger, de wonden van de slavernij die nog vers waren, discriminatie en het zware werk maakten van hen “harde soldaten”... en dat hebben de indianen geweten.....

 

* naam: Na een aanvaring met Cheyennes verspreidde het nieuws over dit ‘nieuwe type’ van soldaten zich vlug onder de indianen:

” zij vechten als in het nauw gedreven bisons; die net zoals de bisons wonde na wonde krijgen en toch niet dood gaan, en ze hebben net zoals de bisons dik en ruig haar.”

Vandaar de naam: Buffalo Soldiers!